Pagina's

vrijdag 6 april 2012

Ieper.

Afgelopen woensdag ben ik met school naar Ieper geweest. Ieper is een stadje in België waar in de Eerste Wereldoorlog een aantal grote slagen zijn geweest. Onze dag begon in het Passendaalse museum. 

Bij Ieper is voor het eerst gifgas gebruikt.
Dit zijn gasmaskers uit de Eerste Wereldoorlog.

 In het begin werden er alleen gasaavallen gedaan als de wind in de richting van de tegenstander stond. Dan waren ze erg afhankelijk van de wind en daarom deden ze al snel het gif in granaten. Zo waren ze niet meer afhankelijk van de wind en konden ze altijd gifaanvallen doen.


 Dit is een foto van het voetbalteam van het Kerstbestand. In 1914 was er een Kerstbestand. Een paar dagen werd er kerst gevierd in het niemandsland in plaats van gevochten. Er werd bier, tabak en chocolade gedeeld en er werd ook gevoetbald.

 In dat museum is ook een dugout nagemaakt. 
Daar leefden soldaten soms maanden onder de grond. 

Na het museum zijn we naar een gewone begraafplaats gelopen. 
Een gewone begraafplaats die toch niet zo gewoon is want er was daar namelijk een soort graftombe voor Belgische soldaten. 

 Als je deze trap af liep kwam je in een klein 'kamertje'.

In dat kleine kamertje stonden een stuk of tien kisten met foto's en namen van de overledenen erop. Het waren allemaal Belgische soldaten die omgekomen waren voor het vaderland. De meeste daarvan waren omgekomen in de Eerste Wereldoorlog. 

 Boven die 'graftombe' stonden zulke grafstenen. 
AVV-VVK staat voor; Alles Voor Vlaanderen, Vlaanderen Voor Kristus. 

Daarna gingen we naar de Britse oorlogsbegraafplaats waar (voor zover bekend is) de jongste Britse soldaat begraven ligt.

 Het graf van J. Condon, de 14 jarige Britse soldaat. 

Toen gingen we naar een Duitse begraafplaats. 
Zo'n begraafplaats is totaal anders als een Britse begraafplaats. 

De grafstenen zijn hier zwart en ze staan niet rechtop maar ze liggen.

 Er hangt een hele andere sfeer, geen fijne sfeer.

 Boven de uitgang van de Duitse begraafplaats stond; 
'Deutschland muss leben und wenn wir sterben müssen.'
Dat houdt ongeveer in; Duitsland moet leven ook al moeten wij daarvoor sterven. 

De volgende stop was bij een Canadees monument.  

 Mensen die er verstand van hebben vinden dit het mooiste monument van het hele West front.

De grootste Britse oorlogsbegraafplaats stond daarna op ons programma.

 Dit zag je als je vooruit keek.

Dit zag je als je naar links keek.

 Dit als je naar rechts keek en dan heb je nog niet gezien wat er was als je naar achter keek. 


Soldier of the great war.

 Known unto God.

Deze hele muur staat vol met ongeveer 35,000 namen van vermiste soldaten.

Dit torentje (of wat het ook is??) stond ook op de begraafplaats. 

Na die laatste begraafplaats gingen we naar 'Hill 62'.

Bij Hill 62 is een klein museum met onder andere deze kijkdozen met foto's. 
Die foto's gaven een ontzettend duidelijk beeld van de loopgraven in de oorlog.

 Als je het museum uitkwam kon je de loopgraven in. 

Er was ook een stukje onder de grond. Daar was het heel donker en vies. 
Ik vind het ongelofelijk dat daar mensen geleefd hebben.

 Originele loopgraven uit de Eerste Wereldoorlog.

'Hill 60' was de volgende plek waar we naartoe gingen.

 Hier is een mijn ontploft die door de Britten is geplaatst, daardoor is deze krater ontstaan.

Toen hebben we twee uur vrije tijd in Ieper gehad en daarna hebben wij de Last Post bijgewoond.

De Menenpoort, hier staan 50,000 namen op van vermiste soldaten. 

 De Last Post.

Ik vond het echt een hele geslaagde dag! We hebben het met z'n alle super gezellig gehad tussen al die serieuze dingen door. Heel erg bedankt Mr. Magré en Alex.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten